Werken op Sebs farm
We hebben een korte week meegewerkt op Sebs farm. De dag begon om 7:00, ontbijt om 9:00 en om 11:00 begon de lunchpauze, die duurde tot 14:00. Daarna werkten we nog tot 17:00. Tenminste, dat werd ons op de eerste dag verteld. We zijn in Zambia, dus tijd is niet zo stipt.
De eerste dag hebben we butternut geplant, 10 rijen van 70 meter, met 2800 zaden!
Terwijl Jan Henk bezig was met het plaatsen van staken voor de tomaten, brak er brand uit in de bush rond de boerderij. De mannen gingen erop af en probeerden ervoor te zorgen dat het vuur niet het land zou kaalbranden.
Het kippenhok en het varkenshok worden elke dag verplaatst, zodat de dieren de grond kaal eten. De volwassen varkens werden verkocht en moesten in de auto geladen worden, dus die gingen voor de laatste avond op de boerderij naar een speciaal hok.
We hebben geleerd om een "hou" te gebruiken om de wortels van bananenbomen uit de grond te hakken. Wortels van een bananenboom zijn eigenlijk als een heel vezelrijke knol, met wormvormige aanhangsels. De knol is sappig, er druipt rood sap uit als je erin hakt, en een knol groeit eigenlijk nooit alleen, er is altijd een groepje bij elkaar. Het is hard werk, in de brandende zon.
Het eten voor de lunch oogsten we in de moestuin, knapperig verse spinaziebladeren die piepen als ze tegen elkaar wrijven. En tomaten, klein en vol lichtbruine littekens maar erg smaakvol. Op de boerderij heb ik geleerd om nshima te maken, een stevige pap van maismeel die gekneed wordt en in de saus gedoopt. Het is hard werk want het roeren kost spierkracht en vereist een speciale techniek. Het lastigst vond ik dat het vuur zo ontzettend warm is als je dichtbij staat en de rook prikt genadeloos in je ogen, dus ik stond vaak huilend te oefenen. Owen was een goede docent, hij moedigde me aan met complimenten en ik heb het onder de knie gekregen!
We hebben ook nog een middag tomaten geplukt. De vogels vraten de rijpe vruchten aan, dus werden ze geoogst en binnen opgeslagen.
